Kindvriendelijke steden en gemeenten

Op deze website vind je informatie over het label kindvriendelijke steden en gemeenten, voor lokale besturen die streven naar de realisatie van alle rechten van het kind zoals omschreven in het Kinderrechtenverdrag.

Roeselare

Label ontvangen in 2020

Wat was voor jullie de motivatie/aanleiding om voor het label te gaan?

Kris Declercq, burgemeester: “Zowel in de vorige legislatuur als in deze legislatuur wil Roeselare een toonaangevende centrumstad op mensenmaat zijn. Het bestuur wil investeren in mensen. De Roeselaarse kinderen en jongeren vormen ongeveer 20% van de Roeselaarse bevolking. Kinderen en jongeren zijn de toekomst #VANRSL. Roeselare is dan ook een stad die aantrekkelijk is en wil blijven voor kinderen en jonge mensen. We willen dat elke jongere in Roeselare zich kan ontplooien in een speelse, veilige en groene omgeving, waar ze hun creativiteit de vrije loop kunnen laten. Het traject zorgt voor verankering en integraal beleid. Het label was dan ook geen doel, maar een middel.”

"Kinderen en jongeren moeten een stem krijgen, ze moeten gehoord worden en ze moeten vooral zelf dingen kunnen bepalen. Zij zijn de experts en weten wat ze willen."

Dirk Lievens, schepen van Jeugd: “Kinderen en jongeren moeten een stem krijgen, ze moeten gehoord worden en ze moeten vooral zelf dingen kunnen bepalen. Zij zijn de experts en weten wat ze willen. Wij moeten als bestuur niet bepalen wat zij moeten doen, zij moeten aangeven wat ze willen doen. Het talent van onze kinderen en jongeren (individuen, jeugdverenigingen,…) moet zich reflecteren in ons beleid. Ze ervaren daarbij steun van mensen die rond hen staan en van het stadsbestuur. Zo leren ze dat ze zelf de motor zijn van hun ontwikkeling en van onze samenleving.”

Waarom is het een aanrader voor (andere) gemeenten om voor het label te gaan? 

Greet Claeys, beleidsmedewerker jeugd en trekker van het traject: “Het label is geen doel op zich, maar een middel om te streven naar kind- en jeugdvriendelijkheid. Voor Roeselare vertaalde het theoretisch concept zich in een praktisch en behapbaar verhaal. Door het verhaal van kind- en jeugdvriendelijkheid te vertellen, merk je dat diverse medewerkers er een andere kijk op krijgen. Medewerkers dachten mee uit, werkten mee uit en droegen het verhaal mee uit. De sterkte van het traject is dan ook om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Neem vooral de tijd om het verhaal te brengen. De continue leer- en uitwisselingsmomenten versterken elkaar niet alleen op het vlak van kind- en jeugdvriendelijkheid, maar ook op vlak van samenwerking in het algemeen. Dit versterkt dan terug het integraal werken.”

Kimberley Van Luchem, projectleider Strategische Cel en trekker van het traject: “Het traject in aanloop naar het label biedt vooral kansen voor het bestuur/de organisatie om kind- en jeugdvriendelijkheid extra in de kijker te zetten. Het zorgt voor een leidraad om meer integraal te gaan werken, om medewerkers, partners,… te inspireren en om uiteindelijk het harde werk ook te verankeren.”

Waar zijn jullie het meest trots op?

Marieke D’Hoop, erevoorzitter van de jeugdraad: “Ik ben zonder twijfel het meest trots op het afgelegde traject. Als je beseft dat we hier eigenlijk al drie jaar mee bezig zijn, kijk je al snel eens terug naar het prille begin. Die eerste overleggen waar verschillende diensten én externe actoren werden samen geplaatst met één doel: we maken van Stad Roeselare een kind- en jeugdvriendelijke stad. Dat was in het begin wat onwennig, gezien niet iedereen elkaar kende en niet wist waar we gingen landen. Welke richting willen we uit? Wat zijn onze prioriteiten? Hoe gaan we te werk? Er was een vuurrode lijn doorheen dit hele verhaal, die ervoor gezorgd heeft dat we staan waar we vandaag staan, namelijk vol enthousiasme en engagement. Beire veel goesting dus. Die goesting heeft ervoor gezorgd dat we allemaal aan hetzelfde zeil konden trekken en Roeselare een kind- en jeugdvriendelijke stad kunnen noemen. De aanloop naar dit label heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar het resultaat is er en aan dat resultaat blijven we bouwen met dezelfde goesting, of zelfs meer, dan in het begin.”

"Er was een vuurrode lijn doorheen dit hele verhaal, die ervoor gezorgd heeft dat we staan waar we vandaag staan, namelijk vol enthousiasme en engagement. Beire veel goesting dus."

Waar willen jullie zelf nog aan werken?

Greet Claeys, beleidsmedewerker jeugd en trekker van het traject: “Ik droom ervan om ons kindvriendelijk label als merknaam op de kaart te zetten. Het zou fantastisch zijn dat alle kinderen en jongeren, ouders, burgers, medewerkers, partners,… weten waar we als stad naar streven en elk vanuit hun rol meewerken aan het dynamisch actieplan. Heel wat van deze actoren zijn reeds betrokken, maar in de toekomst zullen we hier nog meer op inzetten. Een goede communicatie met gepaste visuals en sterke participatietrajecten met kinderen en jongeren, zijn voor mij goede instrumenten om deze doelstelling verder vorm te geven.”

Kimberley Van Luchem, projectleider Strategische Cel en trekker van het traject: “Als jongste beer binnen de Strategische Cel vind ik het belangrijk om kind- en jeugdvriendelijkheid stadsbreed verder uit te dragen. Het is belangrijk dat alle diensten de jeugdreflex maken en mee nadenken over hoe dit kan geïmplementeerd worden. Binnen de Strategische Cel volg ik heel wat projecten van nabij op en kan ik makkelijk nieuwe linken leggen.”

Kris Declercq, burgemeester: “Deze stadsbrede vertaling zal ook getoetst worden in het CBS. Bij de bespreking van nieuwe projecten dient de jeugdreflex gemaakt te worden.”

Kindvriendelijk beleid in de praktijk

Nils Vanantwerpen, directeur Ruimte: “Het traject kind- en jeugdvriendelijke stad Roeselare heeft heel wat verwezenlijkt. Ook binnen de directie Ruimte. Waar medewerkers vroeger vaak enkel de ‘klassieke’ inspraakkanalen gebruikten met vooral volwassenen, is er nu ook ruimte gemaakt voor de stem van kinderen en jongeren. Er is intussen heel veel draagvlak ontstaan om kinderen en jongeren te betrekken. Ik kan tal van mooie voorbeelden aanhalen, zoals de vertegenwoordiging van de jeugdraad in de GECORO, klimaatscholen,… Het voorbeeld dat ik hier wil uitlichten, is het onthardingsproject St.-Jozef. In 2017-2018 vond het participatietraject De Batterie plaats, waaraan zes scholen deelnamen. De deelnemers mochten een toekomstbeeld voor hun omgeving ontwerpen. Op heden, drie jaar later, werd het ontwerp van de kinderen uit het traject Sint-Jozefsschool uit de kast gehaald. Deze kinderen, intussen tieners, werden in 2020 opnieuw gecontacteerd en werken mee aan de concrete realisatie van hun droom.”

Dirk Lievens, schepen van Jeugd: “Het is belangrijk dat kinderen en jongeren niet alleen mee mogen nadenken, maar dat ze ook effectief zien dat hun dromen worden waargemaakt.” 

© Stad Roeselare