Kindvriendelijke steden en gemeenten

Op deze website vind je informatie over het label kindvriendelijke steden en gemeenten, voor lokale besturen die streven naar de realisatie van alle rechten van het kind zoals omschreven in het Kinderrechtenverdrag.

Halle

“De stad staat voor heel wat uitdagingen, maar door resoluut voor kindvriendelijkheid te kiezen, krijg je meer mandaat om met die uitdagingen aan de slag te gaan.” (Louis Van Dionant, schepen van Jeugd)

Label ontvangen in 2018, verlengd in 2024

Waarom kiest de stad voor kindvriendelijkheid?

Louis Van Dionant, schepen van Jeugd en Onderwijs, Financiën, Communicatie, Juridische Zaken, Participatie, Dienstverlening: “Onze stad kent een grote groene druk. Kinderen en jongeren onder de 18 jaar vertegenwoordigen ongeveer 25% van onze bevolking en veel jonge gezinnen vinden de weg naar Halle. Het voelt bijna logisch om op die doelgroep in te zetten. Daarnaast hebben we ook een centrumfunctie waardoor veel kinderen en jongeren uit buurgemeenten hier naar school komen of hier hun vrije tijd doorbrengen. Dat maakt ook dat de stad voor wel wat uitdagingen staat, maar door resoluut voor kindvriendelijkheid te kiezen, krijg je ook meer mandaat om met die uitdagingen aan de slag te gaan.”

Astrid Roeges, clusterverantwoordelijke Kinderen en Jongeren: “Bij de start van ons eerste traject naar het label (ongeveer 8 jaar geleden) wisten we niet welk effect dit traject naar het label zou hebben. Toen waren we vooral ambitieus en zagen we potentieel. Kindvriendelijkheid werd 6 jaar geleden in het meerjarenplan ingeschreven als transversaal engagement, samen met duurzaamheid, toegankelijkheid en innovatie. Nu kunnen we terugkijken op een intensief traject dat er vooral voor gezorgd heeft dat er draagvlak gecreëerd is rond kindvriendelijkheid. Nu zien we ook wat we dankzij de focus op kindvriendelijkheid al gerealiseerd hebben: 88 acties uit het meerjarenplan werden gerealiseerd en 80 acties zijn nu nog in uitvoering. Dat zijn resultaten om trots op te zijn en die zorgen alleen maar voor meer draagvlak voor kindvriendelijkheid binnen de organisatie.”

“Nu zien we ook wat we dankzij de focus op kindvriendelijkheid al gerealiseerd hebben: 88 acties uit het meerjarenplan werden gerealiseerd en 80 acties zijn nu nog in uitvoering. Dat zijn resultaten om trots op te zijn.”

Heb je tips voor andere steden en gemeenten die werk willen maken van kind(jeugd)vriendelijkheid?
Amy Bousard, deskundige Kinderen en Jongeren:
“Voer zeker een belevingsonderzoek, ook al maakt dat niet per se deel uit van je traject. Wij hebben daar elke keer heel veel uit geleerd. Het is ook ontzettend fijn om op die momenten nog eens met kinderen en jongeren in gesprek te gaan, want geef toe: we zitten allemaal te veel achter onze bureau. Zo’n belevingsonderzoek legt ook snel bloot wat er echt leeft bij kinderen en jongeren. En dat is dan weer handig om mee te nemen in een traject.”

“Zo’n belevingsonderzoek legt ook snel bloot wat er echt leeft bij kinderen en jongeren. En dat is dan weer handig om mee te nemen in een traject.”

Astrid Roeges, clusterverantwoordelijke Kinderen en Jongeren: “Ga zeker eens langs bij zoveel mogelijk diensten om samen hun jaarplannen te overlopen. Je zal versteld staan van het aantal raakpunten dat er is met kindvriendelijkheid. Spring nadien ook regelmatig gewoon eens binnen, dat bracht bij ons vaak meer op dan een vergadering. Het draagvlak voor kindvriendelijkheid creëer je door contacten te leggen en goede banden te onderhouden.”

“Het draagvlak voor kindvriendelijkheid creëer je door contacten te leggen en goede banden te onderhouden.”

Kindvriendelijk beleid in de praktijk.
In 2020 is de stad gestart met de aanstelling van een voltijdse brugfiguur onderwijs. In 2023 is daar een halftijdse brugfiguur bijgekomen. Patrick en Bea bouwen bruggen tussen gezinnen en de diensten die hen verder helpen.

Brugfiguur onderwijs, wat is dat precies?
Patrick: "Het basisprincipe is dat de stad scholen, ouders en kinderen mee ondersteunt. Kinderen staan centraal, maar we slaan een brug tussen ouders, de school en de buurt. Belangrijk is dat we onafhankelijk werken. De stad brengt ons bijvoorbeeld niet in contact met de ouders. We gaan ze zelf zoeken, letterlijk aan de schoolpoort. Vandaar dat we ook een eigen logo en ‘branding’ hebben. Laagdrempeligheid en toegankelijkheid is de kern van onze werking.
Bea: Op die manier vullen we de dienstverlening van de stad aan. Wij spreken mensen aan die de sociale dienst niet altijd bereiken, en dat op een zeer laagdrempelige manier. De juiste hulp vinden is niet altijd evident en kent uiteenlopende redenen: angst, schaamte, onwetendheid, taal…"

“Wij spreken mensen aan die de sociale dienst niet altijd bereiken, en dat op een zeer laagdrempelige manier.”

Hoe pakken jullie dat in Halle aan?
Patrick: "We hebben een samenwerking met 6 scholen die we onderling verdelen. Ikzelf sta om 8u afwisselend aan de poort van 4 lagere scholen. Het eerste contact is altijd moeilijk, maar op termijn leer je elkaar beter kennen. En via mond-aan-mondreclame bereiken we mensen die ons echt nodig hebben."

Bea: "Omdat ik halftijds werk, neem ik 2 scholen voor mijn rekening. Maar de manier van werken loopt grotendeels gelijk met die van Patrick. Er hangen ook affiches met onze foto’s in de scholen. Via een korte beschrijving en duidelijke pictogrammen weten de mensen waarvoor ze bij ons terecht kunnen."

Patrick: "De schoolpoort is niet ons enige werkterrein. We zijn aanwezig op oudercontacten, naschoolse opvang, openklasdagen en zelfs schoolfeesten. Door actief mee te draaien, leren mensen ons echt kennen. Het is zeker geen standaard nine-to-five job (lacht), maar dat neem ik er met veel plezier bij."

Naar wie verwijzen jullie de mensen door?
Patrick: "Voornamelijk de sociale dienst, dat blijft een belangrijke partner. Maar andere diensten zijn minstens zo belangrijk. Tijdens onze gesprekken proberen we te ontdekken wie wat nodig heeft. Het afgelopen schooljaar hadden we 160 dossiers. Al gebruik ik dat woord niet zo graag. Het gaat om de mensen, niet het papierwerk errond."

Bea: "We kijken verder dan de interne stadsdiensten. Gaat het om familiale of emotionele problemen, dan doen we eerder een beroep op het CAW of JAC. Zijn er eerder financiële problemen, dan regelen we een intakegesprek bij het Sociaal Huis."

"Sommige mensen vliegen me uit dankbaarheid om de hals."

Welk verhaal blijft je het meeste bij?
Bea: "Een dame kreeg haar kinderbijslag maar niet in orde. Het probleem bleek een combinatie van iets bij vreemdelingenzaken en de stadsdienst. Als brugfiguur gaan bepaalde deuren soms makkelijker open. De week nadien vloog ze mij om de hals, omdat ze haar eerste kinderbijslag had gekregen. Daar haal je natuurlijk enorm veel voldoening uit."

Patrick: "De eenvoudigste dingen blijven je soms het meest bij. Een luisterend oor bieden, kan in beide richtingen heel waardevol zijn. Onlangs kwam een meisje naar me toe om me uit te nodigen op haar verjaardagsfeestje. Daar moet je natuurlijk wel de grens trekken, maar dan smelt je toch wel even!"

“Een luisterend oor bieden, kan in beide richtingen heel waardevol zijn.”