Kindvriendelijke steden en gemeenten

Op deze website vind je informatie over het label kindvriendelijke steden en gemeenten, voor lokale besturen die streven naar de realisatie van alle rechten van het kind zoals omschreven in het Kinderrechtenverdrag.

Pelt

Label ontvangen in 2020

Wat was voor jullie de motivatie/aanleiding om voor het label te gaan?

Frank Smeets, burgemeester: “Pelt is een nieuwe gemeente. Ze ontstond formeel op 1 januari 2019 ten gevolge van de fusie tussen Neerpelt en Overpelt. De fusie was een intensief proces waarbij 1001 zaken op elkaar moesten afgestemd worden. Al vlug in het voorbereidingsproces besloten de toenmalige schepencolleges om het traject ‘Kindvriendelijke Gemeente’ te hanteren als instrument en leidraad om te komen tot een strategisch, doelgericht en breedgedragen beleid gericht op de kinderen en jongeren van Pelt, een beleid dat vertrekt vanuit de kinderrechten. Dit was een bewuste en doordachte politieke beslissing, die mee werd voorbereid door de gemeentelijke diensten.”

"Al vlug in het voorbereidingsproces besloten de toenmalige schepencolleges om het traject ‘Kindvriendelijke Gemeente’ te hanteren als instrument en leidraad om te komen tot een strategisch, doelgericht en breedgedragen beleid gericht op de kinderen en jongeren van Pelt, een beleid dat vertrekt vanuit de kinderrechten."

Gunther Brebels, diensthoofd samenleven: “Die beslissing toont aan dat er vanaf het prille begin intern een breed draagvlak was om te werken aan kindvriendelijkheid binnen de gemeente Pelt. Om dat engagement nog meer kracht bij te zetten werd kindvriendelijkheid opgenomen in het meerjarenplan als één van de vier speerpunten van het beleid.”

Waarom is het een aanrader voor (andere) gemeenten om voor het label te gaan?

Katrien Kenis, schepen van jeugd: “Dit traject is een absolute aanrader voor alle gemeenten die bottom-up willen werken. Kinderen en jongeren zijn experts in het jong zijn en weten heel goed wat ze wel en niet willen, en wat wel en niet voor hen werkt. Om echt werk te maken van kindvriendelijkheid moeten we vanuit de hele organisatie door de kindvriendelijke bril kijken én handelen.”

Gunther Brebels, diensthoofd samenleven: “De fusie was voor ons een unieke kans om medewerkers van bij het begin mee te trekken in dit verhaal. Dankzij het traject Kindvriendelijke Gemeente zijn de collega’s van beide fusiegemeenten dichter bij elkaar gekomen. Het vuur was zo aanstekelijk dat alle diensten er enthousiast hun schouders onder zetten.”

Waar zijn jullie het meest trots op?

Kim Schrooten, coördinator Huis van het Kind Pelt: “Ik ben supertrots dat we een heel sterk eerste meerjarenplan voor de gemeente Pelt hebben kunnen maken, gebaseerd op de input van kinderen, jongeren, ouders en partners.  We hebben enorm veel tijd gestoken in al die bevragingen en belevingsonderzoeken, maar het is ZINVOL geweest.  Het is het waard geweest, want al die input is rechtstreeks verwerkt in ons MJP – en later in ons actieplan kindvriendelijke gemeente.”

“Het is ons gelukt om ‘waar ons hart van vol is’ over te brengen op onze andere collega’s. Ongelofelijk mooi om te zien dat zovele andere collega’s ook echt doordrongen zijn van ons kindvriendelijk verhaal. Zij zijn mede-ambassadeurs geworden en dragen dit samen met ons verder uit.” 

Lize Pinxten, jeugdconsulent: “Het is ons gelukt om ‘waar ons hart van vol is’ over te brengen op onze andere collega’s. Ongelofelijk mooi om te zien dat zovele andere collega’s ook echt doordrongen zijn van ons kindvriendelijk verhaal. Zij zijn mede-ambassadeurs geworden en dragen dit samen met ons verder uit.”

Ine Hendrickx, CLB Noord-Limburg: “Wij vinden het schitterend hoe Pelt werk maakt van kindvriendelijkheid. Er is oog voor alle kinderen, jongeren en gezinnen, met extra aandacht voor de meest kwetsbaren. Wij zijn heel graag betrokken partij en voelen dat we samen vooruit gaan in Pelt.”

Martien Schildermans, Ped. Directrice AI, Corneliusschool: “De Peltse scholen zijn nauw betrokken bij het beleid van de gemeente. Het zijn uiterst efficiënte vergaderingen, maar het zijn ook heel warme momenten waarin je de verbondenheid voelt.”

Tom Martin, technische dienst: “Ik heb samen met nog andere collega’s kinderen mogen bevragen tijdens de Buitenspeeldag en de ‘graag traag’-actie. Dat vond ik schitterend om te doen! Zoveel ideeën en voorstellen dat die kinderen hebben…! Ik ben trots dat ik samen met de kinderen en jongeren van Pelt ons speellandschap mag inrichten. Ik heb echt de mooiste job ter wereld!”

Maxime Gofflo, 8 jaar: “Tijdens de Buitenspeeldag mochten we onze droom voor Pelt opschrijven. Ik vond het heel leuk dat ze aan ons vroegen wat wij willen in Pelt.”

Kaat Fransen, voorzitster jeugdraad: “Vanuit de jeugdraad werken wij intensief mee aan dit traject. Momenteel zijn we een nieuwe structuur voor een jeugdraad voor heel Pelt aan het opzetten. Daar ben ik fier op!”

Ann Van Dorpe, schepen van gezin: “We zijn heel fier op het traject dat we de afgelopen 2,5 jaar hebben afgelegd. Het label van Kindvriendelijke Gemeente is een mooie beloning voor iedereen die meegewerkt heeft aan ons actieplan. Maar hier stopt het natuurlijk niet. We blijven ons elke dag hard inzetten om kinderen en jongeren te helpen, te steunen, naar hen te luisteren en hen kansen te geven. En uiteraard doen we dit niet alleen. Intensieve samenwerking met de kinderen en jongeren, hun ouders en de partnerorganisaties is de sleutel om te komen tot een échte kindvriendelijke gemeente.”

Waar willen jullie zelf nog aan werken?

Martijn Tabak, adviseur ruimtelijke planning: “In mijn eerste week bij de gemeente werd ik meteen enthousiast meegetrokken in het verhaal van Kindvriendelijke Gemeente. Ik neem sindsdien de invalshoek van kinderen en jongeren steeds mee in ruimtelijke projecten en zal hier in de toekomst blijvend aandacht voor hebben.”  

Carmen Van den Akker, deskundige fietsbeleid: “Pelt zet hard in op fietsen en verkeersveiligheid. We werken onder meer aan veilige schoolomgevingen, organiseren fietsexamens, maken plannen voor fietsstraten en engageren de inwoners om de auto zoveel mogelijk aan de kant te laten. Verkeersveiligheid is een continu proces. Het vraagt onze voortdurende aandacht én de betrokkenheid van kinderen jongeren. Samen met collega’s, schepenen en andere partners zie ik hierop toe.”

Jaak Fransen, schepen van ruimtelijke planning: “We willen de kinderen betrekken bij elk ruimtelijk project. Op die manier kijken we steeds door de bril van onze kinderen en de jeugd bij de opmaak van plannen voor gemeentelijke infrastructuur, zoals de bouw van een nieuwe bibliotheek, maar ook bij de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen.”

Kim Schrooten, coördinator Huis van het Kind Pelt: “We hebben al een heel lang en intensief traject achter de rug, maar eigenlijk begint het nu pas. We moeten ons verhaal steeds opnieuw blijven vertellen, we moeten blijven hameren op het betrekken van kinderen en jongeren, we moeten onze collega’s, schepenen, partners blijven ‘warm maken’ voor kindvriendelijkheid. Tot vervelens toe!”

Greet Sleurs, participatieambtenaar: “We moeten bij alles wat we doen de reflex maken: “Wat zouden kinderen en jongeren hiervan/hierover denken? Hoe kunnen we kinderen en jongeren hierin betrekken? Hoe kunnen zij hier een rol in spelen?” We moeten ons bovendien aanspreekbaar opstellen. En we moeten ‘uit ons kot komen’. Wij moeten naar hen toestappen, met hen in gesprek gaan en daar tijd voor nemen. Het bespaart tijd op termijn door vanaf het begin het juiste te doen.”

Kindvriendelijk beleid in de praktijk

Kim Schrooten, coördinator Huis van het Kind Pelt: “Vanuit het overleg jongerenwelzijn vroegen wij dit voorjaar aan jonge en talentvolle Peltenaar Rian Snoeks, 16 jaar, of het belevingsonderzoek voor hem inspirerend kon zijn. Rian maakte een rapnummer met een sterke songtekst: jongeren aanmoedigen om ZELF beslissingen te nemen en niet toe te geven aan groepsdruk. De komende weken worden Peltse jongeren opgeroepen om mee te spelen in een bijhorende videoclip. De videoclip wordt breed verspreid en zal ook dienstdoen als lesmateriaal in de Peltse secundaire scholen. Wij hopen alleszins dat het een hit wordt.”

© Marc Faes